Verbind je met ons

EU

De lidstaten moeten meer inspanningen leveren om fraude in #EUCohesionSending aan te pakken, zeggen controleurs

DELEN:

gepubliceerd

on

We gebruiken uw aanmelding om inhoud aan te bieden op manieren waarmee u heeft ingestemd en om ons begrip van u te verbeteren. U kunt zich op elk moment afmelden.

Ondanks verbeteringen in de afgelopen jaren blijven de inspanningen van de EU-lidstaten om fraude bij cohesie-uitgaven aan te pakken volgens een nieuw rapport van de Europese Rekenkamer te zwak. De beoordelingen van de lidstaten van de doeltreffendheid van hun fraudebestrijdingsmaatregelen zijn te optimistisch, aldus de controleurs. Detectie, respons en coördinatie moeten nog aanzienlijk worden versterkt om fraudeurs effectief te voorkomen, op te sporen en af ​​te schrikken.

Tussen 4,000 en 2013 werden meer dan 2017 1.5 potentieel frauduleuze onregelmatigheden geïdentificeerd die de financiële belangen van de EU schaden. Deze vertegenwoordigden bijna 72 miljard euro aan EU-steun, waarvan XNUMX % betrekking had op het cohesiebeleid, waaronder het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling, het Cohesiefonds en het Europees Sociaal Fonds . De verantwoordelijkheid voor fraudebestrijding op deze terreinen ligt in de eerste plaats bij de lidstaten.

De controleurs beoordeelden of de beheersautoriteiten en de coördinatiediensten voor fraudebestrijding in de lidstaten hun verantwoordelijkheden naar behoren hebben vervuld in elke fase van het "fraudebestrijdingsproces", van preventie en opsporing tot reactie, met inbegrip van rapportage over ontdekte gevallen en terugvordering van ten onrechte betaalde middelen betaald. Daartoe bezochten ze zeven lidstaten: Bulgarije, Frankrijk, Hongarije, Griekenland, Letland, Roemenië en Spanje.

"Het cohesiebeleid vertegenwoordigt een derde van de EU-begroting, maar is goed voor bijna 40% van alle gemelde fraudegevallen en bijna driekwart van de totale financiële bedragen waarmee deze zaken gemoeid zijn", aldus Henri Grethen, het verantwoordelijke lid van de Europese Rekenkamer voor het rapport. “De lidstaten concluderen echter over het algemeen dat hun bestaande fraudebestrijdingsmaatregelen goed genoeg zijn. Wij vinden deze conclusie te optimistisch.”

Voor de programmeringsperiode 2014-2020 constateerden de controleurs dat de beheersautoriteiten het frauderisico bij het gebruik van cohesiefinanciering beter hadden beoordeeld en hun fraudepreventiemaatregelen hadden verbeterd. Sommige van deze analyses waren echter niet grondig genoeg en de lidstaten hebben over het algemeen geen specifiek fraudebestrijdingsbeleid.

De controleurs wijzen ook op het gebrek aan significante vooruitgang op het gebied van proactieve fraudeopsporing. Bovendien blijft de impact van preventie- en opsporingsmaatregelen vaak onvoldoende gemonitord en geëvalueerd.

De controleurs merken ook op dat de lidstaten niet voldoende hebben gereageerd op alle ontdekte gevallen van fraude bij EU-cohesie-uitgaven en dat corrigerende maatregelen, indien toegepast, een beperkt afschrikkend effect hebben. Ook de rapportageregelingen zijn onbevredigend. Gevallen worden te weinig gerapporteerd, wat de betrouwbaarheid van de door de Europese Commissie gepubliceerde fraudedetectiepercentages aantast. Bovendien worden vermoedens van fraude niet systematisch doorgegeven aan de bevoegde instanties en is er onvoldoende afstemming met andere fraudebestrijdingsinstanties.

advertentie

Terwijl nieuwe regels voor cohesiefondsen voor 2021-2027 worden besproken, doen de controleurs verschillende aanbevelingen om betere resultaten te bereiken. Ze vragen de lidstaten met name om:

  • Formele strategieën en beleidsmaatregelen aannemen om fraude met EU-fondsen te bestrijden;
  • frauderisicobeoordeling robuuster maken door relevante externe actoren te betrekken, en;
  • detectiemaatregelen verbeteren door het gebruik van tools voor gegevensanalyse te veralgemenen.

De controleurs vragen de Europese Commissie ook om:

  • Bewaken van frauderesponsmechanismen om ervoor te zorgen dat ze consequent worden toegepast, en;
  • lidstaten aanmoedigen om de functies van hun coördinatiediensten voor fraudebestrijding uit te breiden.

 

De beheersautoriteiten in de lidstaten zijn verantwoordelijk voor het voorkomen, opsporen en corrigeren van onregelmatigheden (waaronder fraude) en voor het terugvorderen van onverschuldigd betaalde bedragen. Elke lidstaat moet ook een Coördinatiedienst voor fraudebestrijding (AFCOS) aanwijzen om effectieve samenwerking en uitwisseling van informatie te vergemakkelijken.

Volgens het verslag van de Commissie uit 2017 over de bescherming van de financiële belangen van de EU vertegenwoordigen de door de lidstaten als frauduleus gemelde onregelmatigheden 0.4 % van de EU-middelen die voor het cohesiebeleid worden betaald. Dit fraudedetectiepercentage varieert sterk tussen de lidstaten. Over het algemeen is de incidentie van gemelde fraude (zowel vermoedelijke als vastgestelde) in het cohesiebeleid van de EU aanzienlijk hoger dan op andere gebieden.

De ERK presenteert haar speciale verslagen aan het Europees Parlement en de Raad van de EU, evenals aan andere belanghebbende partijen zoals nationale parlementen, belanghebbenden uit het bedrijfsleven en vertegenwoordigers van het maatschappelijk middenveld. Het overgrote deel van de aanbevelingen die we in onze rapporten doen, wordt in de praktijk gebracht.

Speciaal verslag nr. 06/2019 "Fraude bij EU-cohesie-uitgaven aanpakken: beheersautoriteiten moeten de opsporing, reactie en coördinatie versterken" is beschikbaar op de ECA-website in 23 EU-talen.

De bevindingen in dit verslag vormen een aanvulling op die in Speciaal verslag nr. 01/2019: "Fraudebestrijding bij EU-uitgaven: actie nodig", gepubliceerd op 10 januari 2019, waarin werd ingegaan op het beheer door de Commissie van frauderisico's bij EU-uitgaven. Op 29 april 2019 heeft de Commissie een nieuwe fraudebestrijdingsstrategie aangenomen waarin een aantal aanbevelingen uit dit eerste verslag wordt aangepakt.

Deel dit artikel:

EU Reporter publiceert artikelen uit verschillende externe bronnen die een breed scala aan standpunten uitdrukken. De standpunten die in deze artikelen worden ingenomen, zijn niet noodzakelijk die van EU Reporter.

Trending